Het lied van Landru (1926)
De franse kaalhoofdige moordenaar Landru – in zijn dorp gekend als Mr. Dupont – lokte tijdens de eerste wereldoorlog honderden weduwen met een advertentie waarin hij zich uitgaf voor rijke weduwnaar op zoek naar een vrouw. Dat lukte wonderwel omdat de meeste huwbare mannen ten oorlog waren getrokken en de weduwen niet makkelijk een man konden vinden.
De rijksten onder hen – minstens 10 – verdwenen tussen mei 1915 en januari 1919 in de oven van zijn Villa Ermitage in Gambais. Hij werd veroordeeld zonder enig tastbaar bewijs, en op 25 februari 1922 werd hij geguillotineerd. Jarenlang bleven velen geloven dat hij onschuldig was. Vlak voor zijn dood gaf Landru een schilderij cadeau aan zijn advocaat. Diens erfgenamen vonden dat in 1960 terug; achteraan stond een bekentenis: “ Je l’ai fait”.
Charlie Chaplin maakte in 1947 de film “Monsieur Verdoux” die op het Landru verhaal was geïnspireerd.
Dichter bij ons doet het denken aan Andras Pandy die ook minstens 6 lijken spoorloos deed verdwijnen, zij het door ze in het zuur “Cleanest” op te lossen.
Lied van Landru
Auteur: Onbekend
Menig mens roept om wraak in zijn harte
als men denkt aan de naam van Landru.
Hij die bracht zoveel lijden en smarten
maar hij staat ter verantwoording nu.
Hij die bracht veel ouders in’t geween
daar hun kind zo sporeloos verdween.
Geen der vrouwen dacht aan ’t gevaar
dat hen wachtte daar.
Zij waren maar pas in zijne macht
of hij heeft hen met een wreed gedacht
daar vermoord met eigen hand
en daarna verbrand.
In een jacht daar verbrand’ hij hun lijken,
niemand dacht er aan zo een wreedheid.
Geld en klederen van elke vrouwe
die verborg hij in de grond gelijk.
Hij die bracht veel ouders in’t geween
daar hun kind zo sporeloos verdween.
Geen der vrouwen dacht aan ’t gevaar
dat hen wachtte daar.
Zij waren maar pas in zijne macht
of hij heeft hen bloedig omgebracht
en hij leefde weerom voort,
rustig, ongestoord.
Voor Landru is het einde geslagen:
hij staat er thans terecht voor de schaar 1
en men stelde hem talrijke vragen
maar hij antwoordde niets, dien barbaar.
Men vroeg hem: “Waar zijn de lijken dan,
zeg het ons nu dat het nog ’n kan!”
Maar hij antwoordde hen sebiet:
“Zoekt ze, ‘k weet het niet…”
Maar God die geen moordenaars ’n spaart
zal hem nog wel vinden hier op aard.
Binnenkort wordt hij onthoofd,
van’t leven beroofd.
1 De vierschaar was een bloedige rechtbank in de middeleeuwen; de naam werd ook lang daarna nog gebruikt voor het Hof van Assisen, waar eveneens over leven en dood werd beslist.
Partituur * Lied van Landru * | |
1. Wreed & Plezant *maart 2007*
|
|
2. versie Albert Bol * Oorlogsslachtoffers *
|
|
3. Till We Meet Again (fragment - opname tijdens WOI)
|
10 Commentaren
Bijna een kwart eeuw geleden hoorde ik op de Vredenburgmarkt te Utrecht een klein oud mannetje zingen:
‘Landru wàs
Een vrouwenmoordenaar
Pak ‘m bij z’n kraag
En schud ‘m door mekaar’
Sindsdien zoek ik met tussenpozen naar de complete tekst en het verhaal achter deze toch wel fraaie woorden.
Volgens Rolf Janssen in “We hebben gezongen en niks gehad”, pag. 95, hoorde hij bij accordeonist Jan Leenaerts uit Tilburg het lied “Boemel Petrus” spelen – een uit Duitsland afkomstige melodie – en werd daarop gezongen:
Landru was een vrouwenmoordenaar
pakt ‘m bij z’n haren
en schudt hem door mekaar
Landru was een vrouwenmoordenaar
pakt ‘m bij z’n haren
en schudt ‘m door mekaar”
Die “Boemel Petrus” werd door Willy Derby in 1923 op plaat gezet, en hij had het waarschijnlijk gehoord op de fonoplaat “Der bummelpetrus” van Brigitte Mira & Willi Rosen (1921)
De versie van Derby – of heeft hij het overgenomen van het Duo Hofmann ? – kan je hier beluisteren:
https://youtu.be/NIG6ZZTu3Bo
De straatliedversie over Landru gebruikt alleen het eerste thema van de melodie en ik vermoed dat de tekst die u citeert volledig is …
Ook André Rieu heeft “Die Bummelpetrus” op zijn repertoire, zonder zang evenwel
Zie https://youtu.be/qrd4pXaaEVE
Vermoedelijk is de melodie van Tsjechische origine van de hand van Karel Hašler.
https://en.wikipedia.org/wiki/Karel_Ha%C5%A1ler
De tekst bij de melodie gaat niet over Landru of Bummel Petrus , maar over de gezelligheid van Praag en in het bijzonder van Gasthaus Podskali. Het heet Podskalák. Hier enkele versies.
Hartelijke groet uit Drachten.
https://www.youtube.com/watch?v=mFCtuPNSqY8
https://www.youtube.com/watch?v=KraKilXMzzg
https://www.youtube.com/watch?v=PyDaQ1xd24A
De tekst ken ik: mijn moeder en oma zongen dit wel eens op de melodie van “Boemel Petrus” , zie hieronder de bijdrage van Johan! Nu geloof ik echter dat de melodie van huis uit van de Tsjechische componist,cabaretier, acteur e.a. Karel Hašler (1871-1941) is. Het lied heet “Podskalák” en de tekst is minder gruwelijk dan Landru, want deze gaat over de gezelligheid van Praag en het Gasthaus “Podskali” in het bijzonder. Ziehier enkele versies: https://www.youtube.com/watch?v=PyDaQ1xd24A
https://www.youtube.com/watch?v=mFCtuPNSqY8
https://www.youtube.com/watch?v=KraKilXMzzg
Hartelijke groet uit Drachten.
“Pak ‘m bij z’n HAAR” zong mijn oma.
De melodie van het lied over Landru – of althans het begin van de strofe en het hele refrein – herkennen we ook in “Slachtoffers van den Oorlog”, gezongen door Albert Bol en Jeanne Horsten (op piano begeleid door Henri Theunisse)
Volgens het etiket van de 78T-plaat zou het gebaseerd zijn op “Till we met again”
Dat is allicht de wals “Till we meet again” (1918) (Composed by Raymond B. Egan / Richard A. Whiting). Op plaatopnames circa 1950 is enkel het refrein overgebleven.
Ondertussen vond ik de volledige versie van “Till we meet again” op de CD “The Great War 1914-1918” (2013) met “50 original recordings from the First World War Years” als lied nr 38, gezongen door Charles Hart en Lewis James. Het staat onder de liedbespreking als fragment nr. 3
Over Landru vonden we nog een ander lied, “gedicht en gezongen door Eduard Declerck” (volgens Roger Hessel in “De filosofen van de straat”) op de wijze van “Reviens vers le bonheur” (zie “De droeve klacht van een deserteur“). Het beschrijft de misdaden van Landru zoals de marktzanger ze in de kranten had gelezen.
HET SCHAVOT VAN LANDRU
In Parijs was een zeker Landru
Die bedreef zoveel misdaden nu
Hij bracht menige vrouwen in schand
En daarna ontnam hij hun het leven
Om hun te verleiden weldra
Lokte hij hun naar zijne villa
En daarna bracht hij hun ter dood
Wat een wreedaard groot.
Refrein:
Vervloekt gij laffe Landru
Gij zult sterven op het schavot nu
Gij hebt te veel misdaan
Om op aarde hier nu nog te zwerven
Ach God wat een wreedheid groot
Elf menschen bracht hij daar ter dood
Hij heeft hun daarna ook verbrand
Voor hem wat ene schand
Als hij hen dan ook had in zijn macht
En dat hij haar zo ver had gebracht
Als hij had al hun geld en hun goed
Deed hij hen van de aarde verdwijnen
Spoorloos waren zij weg op enen keer
En men vernam van hun dan niet meer
In zijn oven wierp hij hun lijk
’t is toch ijselijk
Op een zekeren keer kwam ’t gerecht
In Landru zijnen kelder terecht
En zij vonden daar enen plas bloed
En ook veel verkoolde mensenbeenderen
Hij werd daar dan genomen vast
En mede naar het prison gebracht
Daar loochende hij alles af
Want hij … (? wou geen straf)
Nu is hij voor zijn misdaden groot
Gestorven ja al op het schavot
En nochtans loochent hij altijd voort
Dat hij toch gene mensch had misdreven
Hij werd gebracht voor de guillotine
Waar duizende menschen stonden te zien
Nu is hij voor zijn wreedheid groot
Ja gebracht ter dood
Er blijkt momenteel een theaterproductie in de maak te zijn rond de figuur van Landru. Of de makers hiervan zich een beetje gebaseerd hebben op onze bevindingen weten we niet, we zullen moeten gaan kijken om dat te weten te komen. Ik vermoed van niet, want zij spreken van 283 dames die door zijn toedoen spoorloos verdwenen en dat is toch ongelooflijk veel meer dan het tiental die volgens het gerecht slachtoffer werden.
Het stuk wordt eerstdaags opgevoerd in Herent – zie https://www.gcdewildeman.be/programma/jan-decleir-het-banket-i-solisti-en-vlaams-radiokoor-landru