De blinde soldaat (A. Coppenolle)
We publiceerden al enkele liederen waarin blinde soldaten ter sprake kwamen en de oorzaken van die blindheid:
- “De blinde soldaat” (Armand Wittox)
- “De klacht van een blinde soldaat, door zijn vriendin verlaten” (Aloïs Van Peteghem)
Deze keer een lied dat Achille Coppenolle schreef enkele jaren na de oorlog want hij gebruikte de melodie van “Les promesses“, een lied van de alomtegenwoordige F.L. Benech, gepubliceerd in 1925 en ondermeer gezongen door Georgette Plana
Wij vonden de tekst terug in “De Eerste Wereldoorlog in het Vlaamse Volkslied” (2001), een proefschrift van Elke De Greef, die ondermeer kon putten uit de omvangrijke verzameling liedbladen van Roger Hessel. Zanger en tekstschrijver (?) Achille Coppenolle weet kundig en poëtisch het tragische lot van een afgezwaaide blinde soldaat te beschrijven. De ongelukkige heeft de Grote Oorlog weliswaar overleefd maar zijn blindheid is definitief en hij kan zich stilaan zelfs niet meer herinneren hoe zijn familie eruitziet. Hij hoopt aan het eind van het lied radeloos op een wonder. Of op de dood?
De blinde soldaat
Ik was zo gelukkig in vroegeren tijd
het leven was mij dan vol aangenaamheid
de natuur lag zo stralend voor ’t oog
‘k Zag zon, maan, sterren schijnen zo hoog
‘k Zag bot en ‘k zag bloemen in lentegetij
‘k Zag bloemen bloeien in veld en wei
en wat ik meest minne, ‘k zag vrouw en ‘k zag kind
maar thans zie ik niet meer, ik ben blind
Met ’t hart vol verdriet hoor ik hun spreken
doch ik zie hun niet, mijn hart zou breken
‘k Kus mijn kinders zo teer
doch ik zie hun niet meer
Ach mijn vrouw, ‘k zou geld ‘k zou aanzien biën
mocht ik u op dees aard nog eenmaal zien.
De oorlog heeft pijnlijk veel herten geraakt
weduwen en wezen, verminkten gemaakt
en met gassen mijn ogen verblindt
dat ik nu mijnen weg niet meer vind.
Wil ik eenmaal wand’len ik kan niet alleen,
men moet mij leiden gelijk waarheen
vergald is mijn leven, gebroken mijn hart
bij vrouw en kind is slechts troost en smart
Er staan in den geest zoveel beelden geprint
maar langzaam verflauwen zij als rook en wind
de tijd rooft stilaan ’t beeld mijner vrouw
en dit van mijn kind blijft niet getrouw.
De beelden van vroeger verdwijnen, vergaan
laten m’alleen met blindheid belaan
’t Zicht is mij ontnomen die kostbare schat
nooit geeft men weder wat ik bezat.
Ik dwaal in het duister bij dag en bij nacht
en mag zelfs niet denken dat redding mij wacht
‘k Ben hooploos, soms ween ik als een kind
als ik denk dat mijn leed slechts begint
O God van beproeving, mijn kruis is zo zwaar,
mijn lijden wreed, de toekomst zo naar.
Voor ’t land mijner vaad’ren gaf ik mijn gezicht
troost mij en maak mijn bestaan wat licht.
Partituur * De blinde soldaat * | |
1. instrumentaal
|