Ontzettende ontploffing van Duitse munitietreinen te Hamont (1918)
De eerste wereldoorlog was afgelopen, de wapenstilstand getekend, maar de gevolgen van meer dan 4 jaar wapengeweld waren daarmee nog lang niet uitgewist. Tot op vandaag worden in de Westhoek nog regelmatig niet ontplofte obussen of ander wapentuig uit de grond gehaald.
Aan de andere kant van ons land, in Hamont bij Achel, ontploften op 18 november 1918 – één week na de wapenstilstand – in het treinstation 2 munitiewagens van het terugtrekkende Duitse leger. Die stonden daar in de file te wachten op de nodige toelatingen om de grens met Nederland te kunnen oversteken. Hoeveel Duitse soldaten bij die zware ontploffing het leven lieten is niet geweten. Talrijke gebouwen in de omgeving werden vernield en er speelden zich verschrikkelijke taferelen af.
Meer details over deze ramp kon u terugvinden op de website “Noordlimburg 14-18” en het gehele oorlogsgebeuren kwam uitgebreid aan bod in de tentoonstelling “De Groote Oorlog rond De Kluis” vanaf 2 augustus 2014. (Die websites zijn echter verdwenen in oktober 2021)
Frans Rombouts uit Rozendaal, gespecialiseerd in het vervaardigen van marktzangersliederen voor eigen en andermans gebruik, was er ook nu weer als de kippen bij om de ramp te bezingen in – naar marktzangersnormen – eerbiedige bewoordingen: zijn liedblad is gedagtekend 19-11-1918. Dat het snel moest gaan was niet bevorderlijk voor de kwaliteit van de tekst…
Als melodie vermeldde hij op zijn liedblad “De vogel vliegt”: de speurtocht kon beginnen.
In de “Nederlandse liederenbank” zette deze “partituur” ons al een beetje op weg:
Gelukkig bleek achteraf dat Harrie Franken het puzzelwerk al veel eerder had opgeknapt en gepubliceerd in zijn boek “Liederen en dansen uit de Kempen”: op pagina 362 troffen we daar het lied “Gruwelijke moord gepleegd te Gemert” aan waarbij Harry opmerkte dat het de “populaire” melodie “De vogel vliegt” betrof.
Naar ons aanvoelen past alleen bij het refrein een trage wals en moeten de strofen stukken sneller gezongen worden.
Ontzettende ontploffing van Duitse munitietreinen te Hamont
Wat is er nu al weer gebeurd
Iets wat door ieder wordt betreurd
Vreselijker kan nooit bestaan
Wat daar opeens heeft voorgedaan
Onvoorzichtigheid is ’t gerucht
Vloog een munitietrein daar in de lucht
En eer men daar ter plaatse kwam
stond alles reeds in vuur en vlam.
Refrein:
Hoort gij dan niet dat hulpgeschrei
Ach, niemand kon daar naderbij
’t Was een vuurzee al wat men zag
Honderden menschen in te branden lag
Treinen met zwaar gewonden daar
Stonden ook tot vertrekken klaar
Die waren nog van oorlogsveld
Duitsche zonen half neergeveld
zodra d’ontploffing was gebeurd
waren ook die treinen weggesleurd
ook weg was ’t gehele station
en alles wat er omheen stond.
Het dorp van Hamont is zoo waar
Vijfhonderd huizen zijn onklaar
Ook kerk en kloosters ruiten stuk
Veroorzaakt door zwaren luchtdruk
In ’t Hollandsch dorp Budel en Schoot
Is ruitenschade aanzienlijk groot
Want vijftien uren in het rond
Dreunde door dezen knal den grond.
Spoortreinmachines, kan ’t bestaan
Zijn door den schok omver gegaan
Gaten van vijftig meters in ’t rond
Sloegen de stukken in den grond
Daken sloegen van menig gebouw
Heel Hamont ligt in zwaren rouw
Wat daar zoo droevig is gebeurd
Wordt levenslang wel diep betreurd.
Partituur * Ontzettende ontploffing * | |
1. melodie
|
|
2. opname met Wreed & Plezant
|
3 Commentaren
De volledige tekst van “De vogel vliegt” vonden we terug in een schriftje ons toegezonden door Luc Geens uit Merksem, vol gepend door zijn moeder vanaf 1-10-1926 en in het liederenschrift van Eugenius Koopman dd. april 1916 – lied nr. 215
Een arme moeder stort menig traan
haar zoon wil naar de vreemde gaan.
De wereld is schoon en prachtig
en moeders tranen zijn onmachtig.
“Ween niet, moeder” sprak hij teer,
“wij zien elkander immers weer.”
En dan, gedwongen door de smart
drukt zij hem teder aan haar hart.
Refrein:
De vogel vliegt de wereld in
en denkt niet eens aan moeders min.
Hij leeft in wellust en plezier
maar moeders hart vergeet hem niet.
Ver van moeder in ’t vreemde veld
werkte hare zoon en won veel geld,
doch hij kende gene zorgen
en leefde van heden tot morgen
terwijl de moeder in bangen nood
werkte en zwoegde voor ’t dagelijks brood
en kijkt bedroef het venster uit
en barst dan weer in snikken uit
Refrein:
De vogel vliegt de wereld in
en denkt niet eens aan moeders min.
Hij leeft in wellust en plezier
maar moeders hart vergeet hem niet.
Verdwenen is ’t geluk des zoons,
hij keert terug naar moeders woon,
geheel alleen, verlaten,
dwaalt hij langs de straten.
Hij slaat een blik in ’t huisje neer
maar die hij zoekt was er niet meer
en dan klinkt het als in een koor
en bitter afgrijselijk in zijn oor:
Slotrefrein:
Den vogel vliegt naar ’t kerkhof heen,
daar ligt zijn moeder voor eeuwig neer.
Hij bidt voordat hij henen gaat
maar het berouw komt steeds te laat.
Ondertussen zijn er gezongen versies opgenomen in de “nederlandse liederenbank”.
Ondermeer deze opname op 1-11-1962 in Westkapelle getiteld “De moeder weende in droef getraan”
Op 1 van de liedbladen staat in potlood genoteerd dat het oorspronkelijk een Duits liedje betreft
Op de website http://www.europeana1914-1918.eu/nl (die website schijnt vanaf 11/12/2020 niet meer te bestaan) vonden we toevallig nog een andere versie van “De vogel vliegt” zoals teruggevonden in een niet nader benoemde “bundel met notaboekjes, brieven, zichtkaarten en enkele andere teksten naar of van een oorlogsvrijwilliger”. Het noemt hier gewoon “oorlogslied” en de tekst is gevoelig aangepast en gericht naar WO I
OORLOGSLIED
I.
Een arme vrouw stort bitter tranen
Haar zoon moet naar den oorlog gaan
De wereld is zoo schoon en prachtig
Maar den duitsch is toch zoo machtig
Duizende duitschers kwamen aan
Om haar zoon dood te slaan
En door een bal getoucheerd
Werd de jongeling geblesseerd
Refrein
De jongeling nu gansch ontsteld
Ging er van door naar het slagveld
Voor den eersten maal naar den tranchee
En hij wierd vreeselijk geblesseerd
II
De jongeling wierd nu weer gezond
En werd terug gezonden naar het front
In den tranchee gekomen
Wat heeft hij daar vernomen
Een brief, zijn moeder was gefusilleerd
Waarin hij slecht nieuws vernomen heeft
De dood van moeder lief
Leesde hij in zijnen brief
III
Door het lezen van zijn moeders dood
De jongeling werd schier stapel zot
De orders wierden hem gegeven
Te gaan strijden voor zijn leven
Maar de jongeling had het niet verstaan
En wierd naar het prison gedaan
Gebonden gelijk een hond
Moest de jongeling van het front
IV
De jongeling vraagde nu pardon
En wierd vrij gelaten uit het prison
Maar naar eene boet compagnie gezonden
Waar zij aanzien worden als vagebonden
Hij wordt gestoken op avant post
En wierd getroffen in volle borst
Dan riep hij moeder teer
Helaas ik ben er niet meer
Slotrefrein
De jongeling zijn laatste woord
Was moeder lief zij hebben mij het hart doorboord
En nu ga ik waar moeder woont
Voor eeuwig rusten onder den grond
Uerdingen den 18 – 12 – 1918