Knaapjes’ brief (ik heb maar éne moeder lief)
Een jongetje van zeven leert schrijven en lijkt op school een vrolijk Fransje te zijn. Maar thuis heeft hij het moeilijk met zijn “boze stiefmoeder”, en zijn vader is na het overlijden van zijn eerste vrouw aan de drank geraakt. Hoewel die op haar doodsbed had gevraagd om goed voor hun kind te zorgen, laat de vader zich niet in met de opvoeding en zijn tweede vrouw haat het kind… Als op het eind van het schooljaar de schrijfkunst van de leerlingen getest wordt met een opstel over “Mijn moeder” schrijft onze blijkbaar welbespraakte knaap het refrein van het lied ” Ik heb maar éne moeder lief, en die andere vrouw in huis is het niet”
Of Tamboer met dit lied een welbepaalde situatie uit zijn buurt verhaalde is niet uitgesloten, maar het was hem allicht vooral te doen om het dramatische effect en de bijhorende emoties, die tot op vandaag sommige toehoorders naar hun zakdoek doen grijpen! De melodie, geschreven door Henry Himmel, past perfect bij de tekst en was een succesnummer van Tino Rossi (1907-1983): “Bohémienne aux yeux noirs” dat in 1936 op plaat verscheen.
Deze Corsicaanse charmezanger – met het uiterlijk én de meute groupies die aan Rudolf Valentino deden denken – was in Frankrijk en na WOII ook in Amerika zeer populair, niet alleen met zijn plaatopnames maar ook en vooral door de vele muzikale films waarin hij van 1934 tot 1970 (!) schitterde.
Tamboer kon dus geen beter melodietje kiezen: het was populair en vertederend uit zichzelf, de toehoorders zouden allicht in tranen naar hun geldbeugel tasten om het tekstblad te kopen.
Knaapjes brief
Pas zeven jaar, was Willem maar
toen hij leerde schrijven
en op de school, was hij de jool
om niet ’t overdrijven
’t Huis werd hij niet graag gezien
door een tweede moeder
vader was meest, zo zat als een beest
lichtzinnig van geest
Refrein:
‘k Heb maar ene moeder lief
schreef het knaapje in zijn brief
neen, ik zal u nooit vergeten,
hoorde gij mijn bange kreten?
Mijnen vader bracht hier gauw
in ons huis een ander vrouw
en daarom heb ik verdriet:
zij is mijn moeder niet!
Immer de stem, bleef nog bij hem,
van zijn brave moeder
die vroeg zo schoon, op zachten toon,
stervend, albehoeder,
draag toch zorge voor mijn kind
laat het niet verstoten!
Maar hij, de man, trok zich dat niet aan,
liet haar maar begaan.
Die was bekwaam, op het exaam,
moest een briefje schrijven.
Willem heel zoet, deed het zo goed,
om niet ’t overdrijven.
Op de grote prijsdeling, tussen vele ouders
kreeg hij de eer en wat hij schreef neer,
las hij nog een keer:
Partituur * Ik heb maar éne moeder lief* | |
1. W & P en gastmuzikanten live @ studio RtR
|
|
2. Tino Rossi op 78-toerenplaat
|