Afgrijselijke moord te St.-Katelijne-Waver (1917)
In de GAZET VAN BRUSSEL verschijnt op 16 juni 1917 een kort relaas over een moord waarover met afschuw wordt gesproken
En zoals beloofd houdt de krant zijn lezers inderdaad op de hoogte, zij het vrij summier. Nu hebben ze het plots over “dolksteken” in plaats van een “zwaar stomp ijzer”
Volgens deze update zijn nu alle 3 de slachtoffers overleden en tast men nog steeds volledig in het duister over de daders. Maar een paar dagen later moeten zij hun berichtgeving een beetje bijstellen.
De dochter is dus niet overleden en men hoopt dat zij iets zal kunnen vertellen over de moordenaars.
Jaak Van Gestel (°1889), marktzanger afkomstig uit Aarschot maar na zijn huwelijk (1912) verhuisd met zoon en dochter naar & actief in Mechelen waar hij minder concurrentie had te vrezen van de vele verwante Van Gestels die ook liedjeszangers waren, moet deze (of gelijkaardige) krantenartikels hebben gebruikt als inspiratiebron voor een moordlied. St.-Katelijne-Waver ligt op een boogscheut (nou ja, pakweg 8 km) van Mechelen en afgaande op de eerste strofe is hij zijn lied ook ter plekke gaan zingen.
Wij vonden in de beschikbare digitale krantenarchieven enkel bovenstaande berichtjes, Van Gestel schijnt details van het gebeurde te kennen die wij in die krant niet terugvinden. Het is natuurlijk best mogelijk dat hij zelf een buurtonderzoek heeft gedaan op de plaats van de misdaad en de al dan niet betrouwbare getuigenverklaringen heeft verwerkt in zijn lied.
In zijn vierde strofe schijnt hij ook vernomen te hebben dat de dochter aan de beterhand is, het lied of althans die strofe zal dus eind juni 1917 geschreven zijn.
De 19e eeuwse melodie van dit lied kwamen we al meermaals tegen: eerst bij “Mijn kleine piot” (ca. 1900), dan bij de “Droevige moord te Herentals” (1919), bij “De algemene crisistijd (ca. 1930)” en bij Tamboer in “Stiene ging naar Engeland om te trouwen (ca. 1945)”
In het boek van ALFONS BUSSCHOTS, RENÉ DE MUNTER “Het leven tijdens de Eerste Wereldoorlog. Een overleven” 2016. hebben de auteurs het ook over deze moord die immers tijdens de Eerste Wereldoorlog gebeurde. Zij weten dat de slachtoffers behoorden tot de familie Selleslaghs, dat de feiten zich afspeelden op 11 juni 1917 en dat de daders nooit gevonden werden, mede omdat de enige overlevende, dochter Coleta, zich uiteindelijk helemaal niks meer kon herinneren van het gebeurde. In de kranten werd na de oorlog (dan ook) geen aandacht meer geschonken aan dit drama. Gelukkig zijn er Erfgoedkamers die dat wel doen.
Afgrijselijke moord te St.-Katelijne-Waver
[A] Jaak Van Gestel [C] zangwijze: “Mijn kleine piot” alias “De pater in het water” (P.D.)
’t Is toch afgrijslijk als men zoiets hoort:
hier in dees dorp zijn drie mensen vermoord.
Op enen zondag laat in de nacht
kwamen die schelmen op ’t onverwacht.
Ja, langs de zolder braken zij in ’t huis
maar deze lieden hoorden het gedruis;
op het gerucht mogelijk opgestaan,
zij hadden op dees aard nooit iets misdaan.
Wat ziet men toch gebeuren
voor zo een weinig geld?
Moorden en malheuren
terwijl den honger kwelt.
Zoiets kan men nooit vergeten
al werden wij honderd jaar.
Wee u, O moordenaren
want het schavot staat al klaar.
‘s Nachts kwam de zoon van zijn lief recht naar huis
hetgeen hij daar vond dat was affruis:
’t was zo verschrikkelijk, ja deze ramp
als deze jongen zijn huis binnenkwam.
Zij lagen te zwemmen in hun bloed
maar diene jongen had nog de moed,
hij riep nog de buren: het is ongehoord,
z’hebben mijn ouders, mijn zuster vermoord.
Als men de droefheid daar nu kwam te zien,
daar was ook spoedig ne mens of tien,
maar hunne droefheid die was ongehoord,
zij vonden daar drie mensen vermoord.
Met ijz’ren bijlen begingen z’ hun daad,
terwijl in de nacht niemand is in de straat.
’t Was om een diefstal te kunnen begaan
hebben die kerels drie moorden gedaan.
Burgers en vrienden, doet mee uwe plicht
dat deze zaak toch zou komen aan ’t licht
want da’s te schrikkelijk zo’n moorderij
en deze schelmen lopen nog vrij.
De dochter betert, believe het God:
dat zij kon spreken over ’t droevig lot,
dan was eenieder tenvolle content,
waren de daders al maar gekend!
Partituur * Afgrijselijke moord te St.-Katelijne-Waver * | |
1. instrumentaal
|
Bronnen: liedblad Jaak Van Gestel & dochter - krantenberichten in GAZET VAN BRUSSEL juni 1917 boek ALFONS BUSSCHOTS, RENÉ DE MUNTER "Het leven tijdens de Eerste Wereldoorlog. Een overleven" 2016. https://www.erfenheem.be/publicaties.html Met dank aan François Heymans om ons hierop attent te maken.