Die van Wever
Het strijdlied “La Parisienne”, 3e deel van een trilogie onder de gemeenschappelijke titel “La Marseillaise”, werd geschreven door Casimir Delavigne (1793-1843) en op muziek gezet door Lefébure-Wély (1817-1869) naar aanleiding van de “julirevolutie” in 1830 in Frankrijk. Volgens een bepaalde bron is de muziek van “La Parisienne” in feite gebaseerd op “Ein Schifflein Sah Ich Fahren” van Daniel Auber (1782-1871) maar misschien is er daarbij verwarring ontstaan tussen gebeurtenissen in 1830 in Parijs en die in Brussel: componist Daniel Auber schreef immers ook de muziek van “De stomme van Portici” …
Louis James Alfred Lefébure-Wély was toen amper 12 jaar oud maar blijkbaar was hij inderdaad een wonderkind dat op 8-jarige leeftijd al mee het orgel bespeelde in de “Eglise St.-Roch” in Parijs, waar zijn vader organist was. Toen die stierf in 1831 nam zijn 13-jarige zoon de taak met brio van hem over!
In de eerste strofe van de Vlaamse versie van dit strijdlied maakt de onbekende tekstschrijver ook gewag van 1830, maar daar slaat het op de onafhankelijkheidsstrijd in (het latere) België. Dat wordt duidelijker in de derde strofe waar de “Hollanders” de vijand blijken te zijn.
De vrijheidsstrijders uit het dorpje Wever marcheerden volgens het lied eerst naar buurdorp Attenrode – beide dorpen waren in 1825 in feite al gefusioneerd per koninklijk besluit van Willem I – waarna ze verder trokken naar Aarschot en daarna naar Lier. Met hoevelen ze waren en hoe het hen verder is vergaan vertelt het lied niet… Misschien weet de Heemkundige Kring van Glabbeek hier meer over. Want ondertussen is Attenrode-Wever samengevoegd met de gemeente Glabbeek, samen met Bunsbeek, Kapellen en Glabbeek-Zuurbemde.
Onze kennis van de streektaal in en rond Attenrode-Wever schiet tekort om het manke rijm in strofen 3 en 4 te verklaren. Werd “slagen” aldaar als “sleigen” uitgesproken (en “blazen” als “bleizen”) of werd in plaats van “eigen” eerder “agen” gezegd en gezongen?
Die van Wever
1033 [A] onbekend [C] Lefèbre-Wély (1817-1869)
En die van Wever moet men prijzen
al over hunnen schonen trein;
het is van ’t jaar dertig geleden
als dat we hier vertrokken zijn.
Met de wapens in onze handen
verdrijft den vijand uit ons landen:
En avant, marchons contre les canons,
à travers, travers, travers les bataillons.
Courage, la victoire,
courage, la victoire.
We zijn tot Attenrode gekomen
al waar ze zagen onzen trein
en ze hebben naar ons vernomen
om in ons gezelschap te zijn.
En de trommel begon te slagen
waar we stonden van ons eigen:
En we zijn tot Aarschot gekomen
al waar we kregen poer en lood
en om ons kloekmoedig te defanderen
en al d’Hollanders schieten dood.
De trompetter begon te blazen
waar we stonden van ons eigen.
En we zijn tot Lier gekomen
gemonteerd gelijk wij moesten zijn.
En ze hebben van ons vernomen
omdat wij zo’n schoon soldaten zijn.
En de kogels vlogen met hopen
maar dat heeft ons niet doen lopen.
Partituur * Die van Wever * | |
1. instrumentaal
|
Bronnen: lied van 1830 - Belgische revolutie zangwijze "La parisienne"