Op mijn kloeten (kloefen)
Om verwarring te vermijden: de “kloeten” in de titel zijn geen teelballen, in een groot deel van Vlaanderen noemt men dit schoeisel “kloefen” of “blokken”, in Nederland zijn het “klompen”. In dit lied (en in “de Vlaanders” her en der) dus “kloeten” genoemd (zoals ook uit de rijmwoorden blijkt) wat we in die betekenis in geen enkel woordenboek zijn tegengekomen…
In “kloefen” herkennen we het werkwoord “klieven”, wat vooraf gaat aan het uithollen en bijsnijden van een klomp hout tot een “holle blok” door een “kloefkapper”, dat ook als scheldwoord wordt gebruikt. Veel echte kloefkappers zijn er niet meer te vinden, maar in Grobbendonk kan je nog houten holleblokken kopen.
Op mijn kloeten
[A] onbekend. [C] onbekend
Toen ik klein was aan mijn voeten
droeg ik grote zware kloeten.
’k Ging ermede welgezind
naar de school, rap als de wind
Kwam de meester mij te straffen
ja dan moest ik zonder blaffen
om mijn straf gaan uit te boeten
in den hoek staan op mijn kloeten
Op mijn kloeten gaan ik dansen
en ik drink nen druppel fransen.(1)
Ik draai me al in het rond
op mijn kloeten, ’t is gezond.
Ik kan dansen, ik kan zwieren,
’t tafel rond zijn mijn manieren.
Zie, dat kan mijn hart verzoeten,
zo nen dans doen op mijn kloeten.
Op mijn kloeten ga ik vrijen.
Ja, dat kan mijn hart verblijen.
Maar mijn allerliefste griet,
die ziet naar mijn kloeten niet;
maar ze ziet naar mijn goed herte,
naar mijn kunst en tuimelperten.
Iedereen mag mij ontmoeten
want ’k ben altijd op mijn kloeten
Op mijn kloeten ga ik trouwen,
op mijn kloeten bruiloft houwen:
ik heb anders niets gekend,
op mijn kloeten, ‘k ben ’t gewend.
Komt ne kleinen te verschijnen,
’t zij ne groten of ne kleinen,
dan zal ik ter kerke moeten
maar ik ga al op mijn kloeten.
Op mijn kloeten zal ik sterven,
niemand zal mijn kloeten erven
want ik moet ermede gaan
voor de Sinte Pieter staan.
Hij en zal mij toch niet vragen
wat ik altijd heb gedragen;
’k zal in d’hel dus niet gaan boeten,
’k ga ten hemel op mijn kloeten.
(1) Franse genever
Partituur * Op mijn kloeten * | |
1. instrumentaal
|
|
2. versie Jef Verwimp
|
Bronnen: tekst: "Vliegend blad, gezongen door het echtpaar A. Cornand-Sunou" en in diverse liedjesschriften. zangwijze: volgens optekening door Adriaan De Weghe in het "Eregems Liedjesboek" (2008) (MUZ0398 pag. 27) Ook op LP Alida & Jefke – Splinternieuw En Stokoud
2 Commentaren
Johan,
Rufijn De Decker zaliger zei mij in de tijd dat ‘kloeten’ het dialectwoord is voor klompen/kloefen uit een gemeente/streek in de buurt van Ninove. Zo zou het rijmschema precies kloppen.
Dank voor je ongelooflijk opzoekwerk en het doormailen daarvan.
Ben ondertussen sinds het begin van het jaar verhuisd naar mijn geboortedorp Aalter. Bij het uitpakken (nog bezig … ) vond ik nog documentatie over volksliederen/marktliederen. Bij gelegenheid bezorg ik die of laat ze bezorgen.
Volksmuzikale vriendengroet,
Erik
Een schoontje is ook de kloefen van ’t komiteit op melodie van ’t vliegertje, het staat in het boek Café Chantant van Willy Lustehouwer
Grtjs Patrick.