Houd ze warm
Ernest Van der Plancke schreef (?) dit lied op de melodie van “Antoinette“, een melodie die we 10 jaar geleden bespraken bij het kluchtlied “Het zijn de duiven” van Alberic Cattebeke.
In onderstaand lied doet Van der Plancke zich voor als de machinist van een stoomlocomotief die te doen heeft met “de Blonde van den Dam”, misschien zijn echtgenote maar dat wordt nergens duidelijk gezegd… Ze kan evengoed een lichtekooi in een zwoel café aan het treinstation zijn! En of ze hem toeroept dat hij de steenkool in zijn locomotief moet warm houden of iets anders laat hij ook over aan de fantasie van de toehoorders.
Houd ze warm
[A] Ernest Van Der Plancke [C] Casimir Oberfeld
Ik ben een aardig Tistje,
in ’t stoken bijdehand.
Ja, ‘k ben een machinistje,
ne stiel naar mijnen tand.
Als ik sta voor mijn oven
dan ben ik vuur en vlam
totdat ik moet gaan schoven
bij de Blonde op den Dam
“Houd ze warrem, houd ze warrem”
roept de blonde tegen mij.
“Houd ze warrem, houd ze warrem,
doet er nog een schepke bij.
Laat ons samen een beet verteren.”
Ja, dat hebben de meisjes geren.
Houd ze warrem, houd ze warrem,
en dan zijn ze d’er gere bij!
Als ik te laat kom binnen
en mijn trein heeft retard
dan raakt ze van haar zinnen
en krijg ik naar mijn star.
Maar ‘k weet haar gauw te vangen
als ze klopt tegen mij:
ik laat mijn lippen hangen
en ze draait seffens bij.
Partituur * Houd ze warm * | |
1. instrumentaal
|
Bronnen: zangwijze: "Antoinette" (1932) uit de film "Conduisez-moi Madame" liedblad Ernest Van der Plancke (MUZ0929 pag. 1), ons bezorgd door Jan Van Duyse.
1 reactie
Ik heb daar een versie van maar dan uitgegeven door Karel Laureys