Heil den Wereldkampioen K. Kaers (1934)
Karel Kaers (1914-1972) uit Vosselaar was amper 20 jaar toen hij op 18-8-1934 op het volkomen vlakke circuit “Park von Scheibenholz” (Leipzig) wereldkampioen werd bij de wegrenners, voor de Italiaan Guerra en de andere Belg Gust Danneels. Er waren overigens maar 26 deelnemers…
1934 – de NAZI-propaganda was al volop aan de gang.
Een grote verrassing was dat niet, Karel Kaers won massa’s koersen in de jeugcategorieën en was ondermeer Belgisch Kampioen sprint bij de junioren in 1931 en 1932. Bij de profs zou hij later bij het Belgisch kampioenschap sprint op de piste telkens de duimen moeten leggen voor de ongenaakbare Jef “Poeske” Scherens die 16 (!) Belgische kampioenschappen won en bovendien 7 wereldtitels veroverde. Over die wielerheld hebben we het later nog.
Zoals in die tijd wel meer gebeurde werd Karels exploot uitgebreid bezongen door de marktzangers: TV-uitzendingen waren er nog niet, zelfs de “BelgaVox“-berichten als voorfilmpje in de cinema kwamen pas 10 jaar later op gang. Met een loflied konden de supporters nog eens nagenieten van het behaalde succes!
In dit geval is het Marcel Rombauts uit Hoboken die een lied maakte over de wereldtitel van zijn streekgenoot.
Heil den Wereldkampioen K. Kaers
[A] Marcel Rombauts [C] L.T. Langlois
Ach, zie vrienden lief, wie kent er Karel Kaers toch niet,
die ons nu weer bracht in ’t land de eer zoals ge ziet.
Moedig is dien dappre held,
strijden doet hij met geweld.
Want Fransman of Italiaan, die kunnen er niet aan.
Guerra, ja die grote held
werd door Kaers daar neergeveld.
Wat een eer is ’t niet voor dezen Kempen zoon,
die daar nu verwezenlijkt ziet zijnen droom.
Hij telt maar nauw’lijks twintig jaar,
en welke eer brengt hij ons daar?
Heel de wereld heeft hij daar in zijne macht,
laat ons juichen want wie had dat ooit gedacht
dat Karel Kaers daar met fatsoen
werd benoemd met veel roem
daar tot wereldkampioen.
Gans die rennersschaar die zat in Karel Kaers zijn haar
omdat hij de jongste was van al die renners daar.
Maar, zie daar, met leeuwenbloed
begon hij de strijd met moed.
Ieder sportman met geduld die volgde daar de spurt,
en pardaf op enen draf
reed hij daar op d’eindstreep af.
Laat ons ook de hulde brengen aan Gustje Danneels
die daar streed met Karel Kaers, zo moedig onbevreesd.
Met die beide kleppers daar
zien wij weer toekomend jaar:
daar behouden nog de eer, die Kaers ons bracht nu weer.
Vosselaer is nu in feest,
laat ons juichen om ter meest.
 |
Partituur * Heil den Wereldkampioen K. Kaers * |
 |
1. instrumentaal
|
Bronnen: zangwijze: "Elle danse le Charleston (gebroeders Langlois)" liedblad van Marcel Rombauts verz. Leo Coulier (MUZ0917 pag. 35)