‘k Zal proberen, het zal wel gaan
Nog op liedblad nr. 24 van Alberic Cattebeke: een vrij sexistisch kluchtlied. Het gaat over een soort “Me Too”-toestand maar dan met een rijke vrouw als dader en een knecht als slachtoffer. Het slachtoffer schijnt het echter allemaal niet zo erg te vinden…
De zangwijze “Mon Paris” werd in 1925 geschreven door Vincent Scotto en Jean Boyer.
‘k Zal proberen, het zal wel gaan
[A] Alberic Cattebeke [C] Lucien Boyer, Vincent Scotto
’k Was zonder werk en hoe dat kwam…
Ik vroeg dan aan een rijk’ madame
bij haar te dienen, dat is echt,
als een chauffeur of als een binnenknecht.
Zij sprak: “Mijn vriend, voor knecht in het fatsoen
zult gij bij mij veel werkskes moeten doen.
Ik ben een vrouwe zonder man,
luistert dus goed wat gij neemt aan.
Zoudt gij al ons eten kunnen koken?
’t Zal wel gaan, dat zal wel gaan.
Gij moogt er niet chiquen of niet roken!
Ik zal proberen, ja dat zal gaan.
Zult gij alle dagen, man,
kussen, strelen uw madame?
‘k Zal proberen, dat zal wel gaan.
Omdat ik een weefken ben,
en nog wel gevoelens he’n
kom bij mij, maar ’t is goed verstaan:
zoudt gij zo bij mij kunnen leven?
’t Zal wel gaan, ja ’t zal wel gaan.
’k Zei: wel Madame ik ben tevree
als binnenknecht ik pak het mee.
Gij zult van mij wel zijn kontent,
want ik ben nog ene levende vent.
En mijn madame die sprak er nu: Welaan,
des morgens zult gij aan mijn bedje staan,
ge reinigt mij van kop tot teen
en brengt de pispot naar beneen.
Schuren en wassen zult gij doen,
zit bij mij aan tafel binst de noen.
Gij wacht met eten sapperlot,
heb ik gedaan, gij krijgt den overschot.
En van het geld dat gij verdient ’t is waar,
dat krijgt ge juist maar eenmaal op een jaar.
Uw minnedrank zal water zijn,
dus luister goed naar het refrein:
Partituur * ‘k Zal proberen, het zal wel gaan * | |
1. instrumentaal
|
Bronnen: liedblad uit de verzameling van Eliane Van Geyt (MUZ0821)