Het Bal van Carnaval
Dit kluchtige verhaal kwamen we in allerlei varianten tegen in liedschriften en op liedbladen, meestal zonder vermelding van melodie. We plaatsten al eerder zo’n variante op de site: zie Het lied van Carnaval
Het Bal van Carnaval
[A] Mme. Ellegiers-Jacobs [C] Ch. Halleux
Het was eens bal op Carnaval,
wat dat ik ook lang zal onthouden.
Ik zei algauw tegen mijn vrouw:
gaat gij maar met de buren sjouwen.
Maar mijn Karlien die had gezien
alsdat ik somtijds stond te lonken
met een schoon kind, zo welgezind,
zij dacht: gij zult wel eens staan pronken.
1.2.3.Verliefd was ik op ’t bal masqué
om mij ’t amuseren en te frequenteren.
‘k Dacht: zie, vanavond is ’t kadee,
’k sprong en danste dan tevree.
’k Zag daar van verre staan zo pal
mijn schone vriendinne, als een herderinne.
’k Dacht: zie nu is’t vandaag de mal,
op het schone bal van Carnaval.
Die herderin had mij gezien,
ik dacht: ik zal ’t maar gaan riskeren.
Ik zei vol gloed: och, liefste zoet,
wilt u voor mij toch niet generen.
’k Bood haar mijn arm, ’t wierd mij zo warm,
het scheen dat zij ook vol verlangen
mij liet begaan, ik had verstaan:
’k mocht haar gerust in d’armen prangen.
Ik had plezier op mijn manier,
wij waren beiden ras beschonken.
Mijne vriendin hield van de min,
champagne wijn werd er gedronken.
Zij sprak mij ras zonder ambras:
uw vrouw zal u niet ambeteren?
Ik sprak: mijn schat, al van mijn hart,
wilt u daaraan ook niet generen.
’t Was middernacht, ik sprak haar zacht:
laat mij uw smoeltje maar aanschouwen.
Leg ’t masker neer, zei ik haar teer,
het zal u ook niet meer berouwen.
De vreugd komt aan, liet ik verstaan,
en zij had mij dan ook begrepen.
Maar wat een grap, zij sprak mij rap:
mijn lieve man, ik ken uw knepen!
Partituur * Het Bal van Carnaval * | |
1. instrumentaal
|