Julien de musicien
Het is opvallend hoe café-chantant liedjes over beroepen bijna altijd een erotische of op z’n minst toch een dubbelzinnige bijklank hebben.
Voorbeelden op deze site zijn “De lustige velomaker“, “Den elektriek-doctoor“, “De mecanicien”, “Het muzikantje“, “De scharesliep“, “De herderin“, “De visserin en de paling“, “De piloot en zijn aëroplaan” maar ook in de “authentieke” volksmuziek zijn jagers en herderinnen, slotenmakers, vissers of molenarinnetjes niet van onbesproken gedrag. We bespreken zeer binnenkort nog een aantal van die ondeugende liederen
In dit zelfportret van “Julien”, opgetekend door Willy Lustenhouwer, gaat het over spelen op een “viool” en onze wellustige muziekleraar gaat op het eind van het lied zelfs op zoek naar gewillige leerlingen tussen het publiek.
De muziek die Lustenhouwer noteerde lijkt wel heel erg op die van “Een reisje naar Brussel” dat ook thuishoort in het dubbelzinnige genre.
Julien de musicien
auteur onbekend
Ik ben ’n musicien,
mijn naam die is Julien.
Vrienden versta me goed,
ik spreek er u met spoed:
ik speel violoncell’
en dat gaat wonderwel.
Is er soms geen mamzel
die mijn viool bespelen wil?
Spoedig kunt ge hier bij mij
spelen de viole.
‘k Geef er u den boog in d’hand,
mag er niet op dauwen
want de colofon zou ‘d er
spoedig af gaan springen,
’t zou er gaan van triafon,
m’n boog zou niet meer zingen.
Laatst kwam een ouw madam,
ze was chiek aangedaan,
ze klonk aan mijne deur
en sprak dan toch zo stuur:
zijt gij meneer Julien?
Bonsoir, ça c’est très bien,
zijt gij die professeur,
dat doet er mij toch zo’n bonheur!
En ze sprak: “Meneer Julien,
wil me leren spelen!
En ik sprak: welja, madam,
‘k zal wel eens proberen.
Haar viool die was te nat,
‘k kon geen do meer geven.
D’n draad van mijn boog viel plat,
mijn troelala viel neder.
Er kwam een jonge vrouw,
ze sprak zonder berouw:
Julien, leer mij algauw
spelen op de viool.
Dat ging verdomme wel,
met dat violenspel,
ik speelde sol la si
en dan vanachter kwam de mi.
En ze was toch zo content
dat ze nu kon spelen,
en ze sprak: meneer Julien,
‘k zal u presenteren.
Wij gingen tesamen uit
om lessen te geven.
Zit er hier soms geen madam
die met mij eens wil spelen?
Partituur * Julien de musicien * | |
1. instrumentaal
|