Marjantje kost ook al vrijen
- op de wijze van “ça… c’est Paris” [C] José Padilla Sanchez (1889-1960), gezongen door Mistinguett in 1926
Inhoudelijk is dit lied verwant met “Dat komt van ’t vrijen, Rozalie” maar er wordt hier iets minder nadrukkelijk gezegd wat de ongewenste gevolgen zijn van al dat vrijen. Blijkbaar heeft Marjantje er het “vogelschijt” aan overgehouden. Ja, ja …
Marjantje kost ook al vrijen
Wel moeder ik ben nu toch al achttien jaar
en gist’renavond werd ik weer iets gewaar.
Ik denk dat het nu wordt toch al mijnen tijd,
ik ben al groot genoeg, ik begin te vrij’n
en ’t meisje zei
verheugd en blij:
Refrein:
Moeder, wees nu maar blijde,
ik kan nu ook al vrijen.
‘k Vind dat zo leutig en plezant
te vrijen langs bos en kant.
Ik voel mijn hartje jagen
als ze mij naar iets vragen
maar dan zeg ik wel sakkerpiet
o neen, neen, neen dat durf ik niet.
De moeder zei: wel kind, maar pas uit het ei,
ge begint al te praten over het vrij’n.
Waar hebt ge dat geleerd, mijn kleine Marjan?
En ’t meisje zei: moeder ‘k gevoel da’k het kan,
en ze zei weer:
ik wacht niet meer
Zij begon nu te vrijen kleine Marjan
maar enen tijd nadien wist z’er alles van.
Ze had gevreên, gevrijd zonder overleg
dacht niet meer aan de gevolgen en had pech.
Ze zucht met spijt:
‘k heb teveel gevrijd.
Slotrefrein:
Ik liet me zo verblijden,
ik dacht ‘k kan ook al vrijen.
Had ik geweten dat ’t zo was,
ik had nog wat gewacht.
Moe zei: gij domme tuite,
had gij naar mij geluisterd,
gij had dan nooit niet tot uw spijt
gekregen ’t vogelschijt!
Partituur * Marjantje kost ook al vrijen * | |
1. instrumentaal
|