Deugenieten zijn de jongens en de meisjes zeker niet
Nog een kluchtig café-chantant lied dat we nergens anders tegenkwamen, gepubliceerd door Willy Lustenhouwer, zonder vermelding van auteurs.
De zanger brengt zogenaamd goeie raad en blijkt ongelooflijk naïef. Hoe verder het lied vordert, hoe meer het er vingerdik op ligt dat de werkelijkheid helemaal anders is, en de zanger brengt de toehoorders in de waan dat zij wel beter weten en niet zo lichtgelovig zijn.
Anders gezegd: wat lijkt op een lofzang der deugdzame meisjes is in feite precies het tegenovergestelde en ontmaskert de hypocrisie: meisjes zijn geen haar beter dan de jongens. Het allerlaatste refrein moet aan iedereen duidelijk maken dat de zaken werden omgedraaid.
Deugenieten zijn de jongens en de meisjes zeker niet.
Alle dagen hoor ik zeggen
dat de meisjes, al te gaar,
veel, ja, veel meer dan de jongens,
deugniet zijn, maar ’t is niet waar.
Zie, ik meen juist ’t omgekeerde,
daarom zing ik in mijn lied:
Deugenieten zijn de jongens
en de meisjes zeker niet.
Hebt ge ooit een meid gevonden
die een jongen lopen liet?
Neen, nog nooit, ’t was steeds de jongen
die de meid stortt’ in’t verdriet.
Daarom ook zal’k altijd zeggen,
altijd zingen in mijn lied:
Deugenieten zijn de jongens
en de meisjes zeker niet.
Hebt ge ooit een meid gevonden
die niet bang van jongens was?
Nimmer kwam ik zulke tegen,
meisjes schuwen broek en jas,
en ik zeg’t met overtuiging
en ‘k verberg voor niemand niet:
Deugenieten zijn de jongens
en de meisjes zeker niet.
Hebt ge ooit een meid gevonden
die een dot vals haren droeg?
Pier wou ’t laatst mij ene tonen,
ge kunt denken hoe ik loech.
“Hoor,” zei ik met zeek’re gramschap,
” ‘k meen dat gij niet goed meer ziet:”
Deugenieten zijn de jongens
en de meisjes zeker niet.
Hebt ge ooit een meid gevonden
die niet zeer goed zwijgen kon?
Soms tot praten aangedreven
door het schuimend vocht der ton?
Jan zei dat er zulke waren,
doch ik sprak eer ‘k hem verliet:
Deugenieten zijn de jongens
en de meisjes zeker niet.
Hebt ge ooit een meid gevonden
die de jongens geren zag?
Strikken spant om één te vangen,
of met twee vree op één dag?
Neen, dit zag men nooit gebeuren,
daarom zing ik in mijn lied:
Deugenieten zijn de jongens
en de meisjes zeker niet.
Hebt ge ooit een meid gevonden
die zou zoenen enen man?
Neen, die kwam men nimmer tegen,
daarom zwijgt er liever van,
want de meisjes stierven liever
dan te kussen Jan of Piet:
Deugenieten zijn de jongens
en de meisjes zeker niet.
Hebt ge ooit een meid gevonden
die geen vrees had van een man?
Die niet schrikken zou en beven
moest haar huwen Piet of Jan?
Daarom, spreek haar niet van trouwen
zij zou kwijnen van verdriet.
Ja, de jongens trouwen gaarne
maar de meisjes zeker niet.
Partituur * Deugenieten zijn de jongens en de meisjes zeker niet. * | |
1. instrumentaal
|