Hij gaf haar zeven steken
Een zeer oud thema dat we ook terugvinden in kinderdansjes (!) uit grootmoeders tijd, zoals “Anna, waarom weende gij?”
De tekst baseerden we hoofdzakelijk op een oud liedblad dat afgedrukt stond – zonder wijsaanduiding – in het “Groot Geïllustreerd Keukenmeiden Zangboek” van Jaap van de Merwe.
Andere liedbladen dragen als titel “Van een jongeling van achttien jaar” en Harry Franken vond het terug als “Er was een meisje van achttien jaren”. Hij kon een melodie optekenen zoals die aan hem werd voorgezongen door “Kee van de Moosdijk-van Loenhout te Waalre”.
Wat had het meisje misdaan dat ze ter dood werd gebracht? Heel simpel: zij was ongehuwd en zwanger ; die “schand” kon de jongeman niet verdragen, hoewel hij er toch zelf mee verantwoordelijk voor was. De gruwelijke oplossing was dan: moeder en ongeboren kind vermoorden, liever dan de publieke opinie (en de strenge kerkelijke overheid) te moeten trotseren. Ha, die “goede oude tijd”…
De zeven steken
Hij was een jongeling van achttien jaren
die bij zijn meisje de liefde kwam verklaren.
Maar toen hij haar had van haar eer ontrukt
liet hij haar zitten in een diepe druk.
Des morgens kwam hij aan om haar te spreken,
men zag haar tranen van de droefheid blinken,
Zij sprak jongman, ziet wat u doet,
Hetgeen ik draag is van uw vleesch en bloed.
Hij nam haar dadelijk mee naar buiten
Al in het groen, waar al die vogels fluiten.
Hij nam haar mee naar een rivier,
En sprak uw rustplaats die is hier.
Hij heeft haar dadelijk vastgegrepen
En nam een mes en gaf haar zeven steken.
Ja, zeven steken, zij viel voor zijn voet,
Zij lag te baden in haar jeugdig bloed
Adieu, mijn vader, adieu, mijn moeder,
Adieu, mijn zuster, adieu, mijn broeder.
Nu ga ik scheiden van de wereld af,
En ik ga rusten in het duister graf.
Ziet nu zo’n moordenaar ginder eens lopen
Geen rust of duur om nog iets te verhopen
Nu loopt hij met zijn ogen vol getraan,
En kan zijn leven lang ’t gevang in gaan.
Partituur * De zeven steken * | |
1. instrumentaal
|