0

Over het in stukken gesneden lijk te Brussel (1921)

Geplaatst door Johan op 30 juli 2012 in liedbladen, liederen, Over Moord & Rampen |

Op 22 september 1922 verdween in Brussel de genaamde Jan Baptist De Mey, een “marskramer” – een “voddenmarchand” in populairdere termen – en een paar dagen later werd zijn lijk eerder toevallig en in stukken weergevonden.

De krant “De Volksstem” vat de gebeurtenissen nog eens samen in januari 1925.

De conclusie van dit artikel is een beetje kort door de bocht… Eerst werd de broer van het slachtoffer, ook een handelaar,  verdacht omdat het laken waarin het lijk was verpakt uit een set lakens was gesneden, ooit behorende aan hun eigen moeder, en kort voor de moord volgens vele getuigen door broer Frans te koop aangeboden op markten in Namen en Charleroi. Andere krantenartikels plaatsen De Mey overigens in het “milieu” en suggereren dat hij wel heel erg bevriend was met allerlei gekend gespuis, hiermee insinuerend dat het wel eens om een afrekening zou kunnen gaan.

Jan Baptist Stuyck, ook een “rondleurder” in allerlei goederen, bleef uiteindelijk over als verdachte nummer één, op basis van wat onderzoeksrechter Baudour als verdachte omstandigheden bestempelde.

Later werden nog andere verdachte aanwijzingen gevonden (zo bijvoorbeeld dat Stuyck ooit als beenhouwer had gewerkt…) en uiteindelijk moest Stuyck voor het Assisenhof verschijnen in oktober 1923. Hij bleef al die tijd zijn onschuld staande houden en de aanwijzingen deed hij af als een samenloop van omstandigheden.

Volgens de ene krant kwam hij op zijn proces aarzelend en onzeker over omdat hij moeite had om de franstalige rechters te begrijpen, volgens andere kranten was hij welbespraakt. Tja. Tijdens het onderzoek hadden getuigen uit zijn kennissenkring in zijn voordeel verklaringen afgelegd en er ondermeer op gewezen dat Stuyck goede zaken deed en dat geld – de vermoorde zou veel geld op zak hebben gehad op de dag van zijn verdwijnen –  dus zeker geen drijfveer kon zijn. Deze argumenten en nog andere ongerijmdheden in het onderzoek werden met brio aangehaald door zijn advocaat, die na een hele namiddag pleiten de jury er kon van overtuigen dat er geen afdoend bewijs was, zodat Stuyck werd vrijgesproken.

Een andere moordenaar is er nooit gevonden en de zaak komt tot een abrupt einde nadat de vrijgelaten J.B. Stuyck kennelijk krankzinnig werd, zichzelf van de moord beschuldigde en uiteindelijk zichzelf verhongerde.

uit “De Volksstem”, 7 februari 1925

Uiteraard maakte Tamboer ook een lied over deze moord. Zijn liedblad is niet gedateerd en hij vermeldt bijzonderheden die wij niet in de krantenartikels of de wetsverslagen terugvinden. Eigen fantasie? Of was het netwerk van Tamboer performanter dan dat van de doorsnee journalist? Het zou best kunnen!

Als melodie verwijst Tamboer naar “Souviens-toi” dat we na enig speurwerk konden identificeren als een franse remake van “Call Me Back, Pal o’ Mine“, waarvan Harold Dixon in 1921 de muziek schreef en uitbracht. Die melodie heeft namelijk niks te maken met het voor de hand liggende “Souviens-toi” uit de musical “Marions Nous” uit dezelfde periode… Er is ook een nederlandstalige vertaling verschenen van Dixons’ lied met de geïnspireerde titel “Roep me weer lieveling”. De vertaler was zo fier op zijn karamellenverzen dat hij verkoos om zich op de partituur gewoon “X” te laten noemen…

Over het in stukken gesneden lijk te Brussel

’t Is zo wreed, ongehoord,
wat men wederom hoort
hier in Brussel, de stad van plezier.
Ene misdaad begaan
op een rustige man
die niemand had misdaan.

Refrein:
Moordenaars met geweld,
uwe wreedheid voor’t geld
het schavot is voor u reeds gesteld.
Neen, gij kende geen smart,
geen gevoelen in ’t hart
uwe misdaad was reeds voorbedacht.
En daarbij nog het hoofd
van het lichaam beroofd
dan het lijk in een koffer gedoofd.
Zulke wreedheid welaan
heeft nog nooit niet bestaan
maar gij zult uwe straf niet ontgaan.

Zij bezochten elkaar
als twee vrienden tegaar
’t geen nu ook was weerom het geval.
Maar met plannen bedacht
op zijn kamer bij nacht
werd hij ter dood gebracht.

En zo ver van zijn stand
van zijn ouders en land
kwam hij zoeken achter zijn geluk.
Bedenkt nu eens het lij
der familie erbij:
ieder voelt medelij

Partituur * Over het in stukken gesneden lijk te Brussel *
      1. instrumentaal
      2. Geluidsopname op 78-toerenplaat

Plaats een antwoord

HTML-code is niet toegestaan (pech voor SPAMmers)

HTML-code niet toegestaan
Form filling spam bots are redirected to the FormSpammerTrap.com web site.

Loading...

Verstuur uw reactie

Deze website gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Copyright © 1967-2024 Wreed en Plezant Alle rechten voorbehouden.
Deze site is gemaakt met behulp van het Multi sub-thema, v2.2, bovenop
het bovenliggende thema Desk Mess Mirrored, v2.5, van BuyNowShop.com