De mijnramp in Frankrijk (1906)
een werkmansschaar, ze zwoegen dag en nacht,
geen zonneglans die stralend hun beschijne
een karig loon, geen weelderige pracht.
Ze werken steeds, ’t is of zij altijd dromen
genot en vreugde worden hun bespaard,
en als ze dan weer stijgend boven komen
zijn ze verblind van zonlicht van dees aard’.
Refrein:
Daal dus maar weder, in d’aarde neder
daal werkmanszoon, nu voor de laatste maal,
gij blanke slaven, die altijd graven
gij arbeidsschaar, die zwoegt voor ’t kapitaal.
Weer dalen zij voor hunnen arbeid neder
een grote knal werd overal gehoord,
nooit zien zij hunne vrouw of kinderen weder
in de schoot der aard’ zijn honderden gesmoord.
Half zinloos, zie daar al die vrouwenkringen
en schreien luid, roepen om man of zoon,
waanzinnig starend, zij hun handen wringen
roepen ze luid, O, God, is dat ons loon.
Die grote ramp bracht schrik in alle landen
veel medelij met weduwe en wees,
een wrede dood verbrak daar vele banden
bracht jammer, rouw, ellende en ook vrees.
Een grote stoet van lange rijen lijken
gaat door de straat gevolgd door maagd en vriend,
zie d’armen gaan, zie toch hoe zij bezwijken
De werkmansvrouw en ook het werkmanskind.
Rust zacht, rust zacht, gij brave proletairen
die stierven op het arbeidsveld van eer,
een grote droom van dapper arbeidsscharen
helaas, helaas, wij zien u nimmer weer.
Voor ’t goud uws meesters liet g’uw nuttig leven
uw zweet en bloed bracht hen rijkdom en macht,
maar eens zullen zij voor ons wrake beven
dus makkers slaapt gerust in d’eeuwige nacht!
Partituur * De mijnramp te Frankrijk * | |
1. instrumentaal
|
We vonden dit lied op de website www.cubra.nl en het viel ons meteen op dat er duidelijke gelijkenissen waren met het lied “Bloedige Sneeuwvlokken” dat in 1872 verkocht werd ten voordele van de slachtoffers van de Commune; de melodie en de tekst hiervan zijn te vinden in de boeken “Het Oude Socialistische lied” (heruitgave 1980 van Germinal Reeks 14e jaargang – nr 1 – mei 1947), “Café Chantant” van Willy Lustenhouwer, in “Liederen van de Industriële Revolutie” van Erik Demoen, beide laatste in beperkte oplage uitgegeven in 1987, en in de Nederlandse Liederenbank werden verscheidene liedbladen bewaard met de tekst, zonder vermelding van melodie evenwel.
Vergelijkt u zelf!
Bloedige sneeuwvlokken
Weer daalt de sneeuw in dikke vlokken neder,
in d’enge hut gezeten bij de haard
wiegt d’arme vrouw haar lieve wichtjes teder,
heeft buur en vriend zich al bij’t vuur geschaard.
’t Is alles stil, eenieder schijnt te dromen,
elk vraagt zich af: men hoort van Piet nooit meer.
Waar blijft hij toch, wat is hem overkomen?
Helaas hij ging en nimmer keert hij weer.
Refrein:
Daal koude veder
op aarde neder,
daal blanke sneeuw als troosting in’t verdriet
en dek de graven
waar al die braven
die heldenschaar
de eeuw’ge slaap geniet.
Welk is het origineel?
Waarschijnlijk de “sneeuwvlokken” want het mijnwerkerslied zou gaan over een mijnramp “in Courrieres, meer dan 1300 lijken als risico van den arbeid”.
Dat zou de mijnramp van 1906 moeten zijn:
“La catastrophe de Courrières est la plus importante catastrophe minière d’Europe. Elle tire son nom de la Compagnie des mines de Courrières qui exploitait alors le gisement de charbon du bassin minier du Nord-Pas-de-Calais dans le Pas-de-Calais. Elle eut lieu entre Courrières et Lens, le samedi 10 mars 1906 et fit officiellement 1 099 morts.” (Wikipedia)
De uitbaters van de mijn beslisten amper drie dagen na de ontploffing het zoeken naar overlevenden te stoppen. Om de mijnbrand te smoren (en de materiële verliezen zoveel mogelijk te beperken) werd een stuk van de mijn zonder pardon afgesloten, wat door de familieleden en vrienden van de getroffen mijnwerkers allerminst werd geapprecieerd.
Zo’n twee weken later bleken 13 mannen als bij wonder op eigen kracht de uitgang gevonden te hebben, 4 dagen later werd nog een veertiende overlevende gevonden.
De ramp – en vooral de onmenselijke houding van de eigenaars – veroorzaakte veel politiek deining, zoals uit bovenstaand lied al kon worden afgeleid, en leidde tot het wettelijk verplicht maken van 1 wekelijkse rustdag. We zitten in 1906 nog volop in de industriële revolutie en de onmenselijke werkomstandigheden die ermee gepaard gingen.
De reddingsactie (…) werd ook in het buitenland gevolgd. Zo berichtte de Nieuwe Tilburgse Courant op 16 maart 1906 – 6 dagen na de ontploffing – het volgende:
2 Commentaren
Hello
Ziehier nog een heel oud liedje dat in mijn bezit gekomen is via mijn grootmoeder
De spoorwegramp
Ziet ge aan het huisje der spoorwegbaan
Daar die wisselwachter staan
Het is een man die vol vlijt
Hart en ziel aan den arbeid wijdt
Neen , zijn taak is niet zwaar
Maar ontzeglijk vol gevaar
Ene kleine onoplettendheid
Kost veel mensenlevens , welk een spijt
Daar klinkt nu juist een signaal
Twee sneltreinen die komen aan
En daar klinkt de tweede bel
Van zijn toestel
Twee treinen die in aantocht zijn
Hij schikt ze elk op hun lijn
Zo heeft hij met een vast gedacht
Zijne plicht volbracht
Ginds in de verte ontwaarde hij
t’Monster dat komt naderbij
Hij hoort het gegrol en gezucht
Ziet de rookpluim in de lucht
Maar op denzelfden stond
Zeeg hij schier van schrik ten grond
Zijn kindje een vijfjarige klein
Speelde op de spoorweglijn
Hij uitte een pijnlijke kreet
Die door merg en beenderen sneed
Zijn kind ter redding in de daad
Was het te laat
Hij dacht aan zijn plicht niet meer
En rukte den hefboom neer
En zuchtend rolde de trein
Op een andere lijn
Dan snelde hij gans ontzind
Naar zijn niets beseffend kind
Dat rustig en ongestoord
Op de spoorlijn speelde voort
Lachend en wenend tegelijk
Bibberend bleek als een lijk
Vluchtte hij met zijn kindje teer
Naar zijn spoorweghuisje weer
Plots hoort hij een gekraak
Een huilend mensen – geslaak
De spoorwegramp was nu volbracht
Met ijzingwekkende kracht
En hij tuurde met een droevig gevoel
Naar den vuurporl
Kort nadien was tribunaal
In een ruime rechterszaal
Sprak de vader ter verdediging
Ik deed het voor mijn lieveling
Maar sprak de rechter gij moet
Zelfs uw eigen vlees en bloed
Opofferen voor uw plicht
Gij zijt schuldig en strafbaar daarbij
Twintig jaren tuchthuisstraf
Kreeg de vader zo braaf
Twee rijkaards werden gedood
De ramp was groot
Nu knalt het oorlogsvuur
Mensenlevens uur na uur
Niemand die daar ooit gewis
Strafbaar voor is
________________
Met vriendelijke groeten
Andreas
Dit lied van Alphonse Mora kwam al ter sprake bij De rouwdag der ontgravene helden” Het heeft niks te maken met een mijnramp …